Overslaan naar hoofdinhoud

EMDR (Eye Movement Desensitization and Reprocessing) is een vorm van psychotherapie die eind jaren '80 werd ontwikkeld door psychologe Francine Shapiro. Het is een gestructureerde aanpak in acht fasen waarbij gebruik wordt gemaakt van bilaterale stimulatietechnieken, zoals oogbewegingen of tikken, om mensen te helpen bij het verwerken van traumatische ervaringen en het overwinnen van negatieve emoties, gedachten en gedragingen die het gevolg zijn van die ervaringen.

Het doel van EMDR is om mensen te helpen traumatische herinneringen te verwerken en ze op een meer adaptieve manier in hun bestaande geheugennetwerk te integreren. De therapie is gebaseerd op de theorie dat wanneer iemand een traumatische gebeurtenis meemaakt, de herinnering aan die gebeurtenis in de hersenen blijft "hangen" en niet volledig wordt verwerkt. Als gevolg daarvan kan de herinnering negatieve emoties, gedachten en gedragingen blijven uitlokken, lang nadat de gebeurtenis heeft plaatsgevonden.

EMDR helpt mensen om traumatische herinneringen te verwerken door zich te concentreren op de herinnering en tegelijkertijd bilaterale stimulatie uit te voeren. Dit kan inhouden dat de vingers van de therapeut gevolgd worden met de ogen, dat er geluisterd wordt naar een serie geluiden of dat er op verschillende kanten van het lichaam getikt wordt. Er wordt aangenomen dat de bilaterale stimulatie helpt om de herinnering "los te maken" en de hersenen de ervaring volledig te laten verwerken, wat leidt tot een vermindering van negatieve symptomen.

EMDR wordt meestal uitgevoerd door een getrainde therapeut in een één-op-één setting, hoewel variaties van de techniek ook gebruikt kunnen worden in groepstherapieën of via online therapie. De acht fasen van EMDR-therapie zijn als volgt:

  1. Geschiedenis en behandelplan: De therapeut neemt een gedetailleerde anamnese af van de symptomen van de persoon, identificeert de specifieke traumatische herinnering die moet worden aangepakt en stelt een behandelplan op.
  2. Voorbereiding: De therapeut zal de persoon verschillende copingvaardigheden aanleren om hem of haar te helpen om te gaan met de stress die tijdens de therapie kan ontstaan.
  3. Beoordeling: De therapeut laat de persoon focussen op de traumatische herinnering terwijl hij bilaterale stimulatie uitvoert.
  4. Desensibilisatie: De therapeut gaat door met bilaterale stimulatie terwijl de persoon de traumatische herinnering verwerkt, waarbij hij zich richt op de negatieve emoties, gedachten en lichamelijke sensaties die met de herinnering gepaard gaan.
  5. Installatie: De therapeut laat de persoon zich concentreren op een positieve gedachte of overtuiging die hij/zij graag zou willen hebben in plaats van de negatieve gedachte of overtuiging die met de herinnering geassocieerd wordt.
  6. Lichaamsscan: De therapeut laat de persoon zijn lichaam scannen op eventuele resterende spanning of negatieve sensaties.
  7. Afsluiting: De therapeut zal de persoon helpen om terug te keren naar een kalme toestand en zal alle positieve overtuigingen of emoties die tijdens de therapie naar boven kwamen, versterken.
  8. Herevaluatie: De therapeut zal de symptomen van de persoon opnieuw beoordelen om te bepalen of verdere therapie nodig is.

EMDR is effectief gebleken bij de behandeling van een scala aan geestelijke gezondheidsproblemen, waaronder PTSS, angst, depressie en fobieën. Hoewel het niet voor iedereen geschikt is, kan EMDR een zeer effectieve therapievorm zijn voor mensen met traumagerelateerde geestelijke gezondheidsproblemen.

nl_NLNederlands